66jaar Carnaval Moerstraten lezen in PDF

66 Jaar carnaval in Mangelpeejenland 

Het ontstaan van het carnavalsfeest in Moerstraten is een verhaal op zich en voor veel mensen is het op een volkomen onverwachte manier gebeurd. Iedereen zal denken dat de viering na veel vergaderen in het leven werd geroepen, maar dat was zeker niet zo. In 1956 ging Willem Hagens, die toen kastelein was in café De Bakker in Moerstraten, naar de ijsrevue in het sportpaleis in Antwerpen. Dat was een jaarlijks gebeuren waar half West-Brabant en dus ook veel mensen uit Moerstraten, naar toe trokken. De vrouw van Willem, To Beyaarts, zou die avond het café wel in haar eentje runnen, want er kwam alleen maar een wat stamgasten.

Dat waren die avond Klaaske Mathijssen, Jantje, Dien en Marie Valkenburg, Nil en Janske Matthijssen en Peer Suijkerbuijk (Peerke de Suukre). Onder het genot van een pilske kwam het woord op het carnavalsfeest in Bergen op Zoom. Ze waren, met de kasteleinsvrouw To, van mening dat er in hun kleine dorpke toch best zoiets als het vastenavondfeest in Bergen op touw gezet kon worden.

Dat To achter de bar stond, was niet zo vreemd, want zij had de vergunning gekregen om het café uit te baten. Willem was gezakt voor het examen om zijn horecapapieren in het bezit  te krijgen. De examinatoren hadden er een zwaar hoofd in of hij die papieren ooit zou halen en ze hadden tegen hem gezegd: ,,Stuur je vrouw maar, want die zal het wel beter van af brengen!” Daarom stond er in de vergunning dat die slechts geldig bleef zolang mevrouw. C.M.J. Hagens-Beyaarts in het bedrijf met de dagelijkse leiding was belast. Het café was in

1953 als zodanig in het dorp van start gegaan, nadat het café van Thomas Lammers gesloten was.

Zo werd in 1956 het vastenavondfeest in Moerstraten geboren en begin 1957 vierde een kleine carnavalsvereniging, die zich ‘De Mangelpee’ noemde, het eerste bescheiden feestje.

Een jaar later werd ‘den oop’ al wat groter en animator ‘Peer de Suukre’ vond dat voortaan het hele dorp mee moest feesten. Zo kon het gebeuren dat Moerstraten in 1958 met Klaas Mathijssen als Klaas I zijn eerste prins kreeg. Christ Matthijssen speelde voor nar en de kleinzoon van de prins werd kinderprins Nilleke. Moerstraten zou voortaan in de carnavalstijd ‘Mangelpeejenlaand’ gaan heten, omdat in de buurt van het dorp nogal wat voederbieten werden geteeld voor het vee.

In 1958 trok er al een heuse ‘optocht’ door het dorp: een versierde  wagen, voortgetrokken door paarden. Op die wagen zaten de gebroeders Trouw met hun ‘trekharmonica’ en zo kon iedereen ‘met de muziek mee’.

Sterke verhalen

Uit die beginjaren zijn mooie verhalen bekend. Op een carnavalsavond was het een keer zo druk in café De Bakker dat de kachel buitengezet moest worden, omdat die gevaar opleverde voor de leutvierders. Met vereende krachten werd het gevaarte op straat gezet en het feest kon daarna in alle hevigheid verdergaan, zij het dat er wel enige mensen brandblaren op hun handen hadden!

 

In de eerste jaren bedachten de Moerstraatse leutvierders, dat het wel aardig zou zijn

om een spaarkas in café De Bakker te hangen, want het carnavalsfeest groeide uit naar vijf dagen feestvieren en dat kostte een paar centen. Vrijdag voor carnaval was het dan ‘kaske lichten’. Dat was meestal alleen maar een succes voor de kastelein. De meeste deelnemers rekenden zich rijk en maak- ten op de ‘lichtingsavond’ al een groot deel van het geld op!

In de loop van de jaren voerde men allerlei tradities in: een mosselavond, snert eten op de elfde-van-de-elfde en een boerenmaaltijd waarvoor het hele

dorp werd uitgenodigd. Gelukkig schoven niet alle inwoners aan, want anders was café De Bakker te klein geweest en de ingeslagen hoeveelheid voedsel zeker niet toereikend. Na de eerste prins zwaaide Christ Schuurbiers elf jaar lang de scepter als prins Chist I. In 1970 werd voor het eerst de eigen kreet ‘peejstaamp’ ingevoerd. Als iemand een onderscheiding kreeg of gehuldigd werd, hieven de toegestroomde carnavalsvierders deze kreet aan. Dat onder aanvoering van pastoor Willem Maas, die in die tijd vaak aanwezig was en vond dat het dorp een eigen ‘yell’ moest hebben. De pastoor kwam elk jaar tijdens het kindercarnaval een borreltje drinken en hij stelde de kinderen voor om die kreet te gebruiken. Prins Christ I riep daarna zijn onderdanen op om die kreet in ere te houden. Anno 2022 weet echter amper nog iemand in Moerstraten dat die kreet eigenlijk onlosmakelijk verbonden is met het vastenavondfeest in Moerstraten.

Activiteiten

Het was Christ Schuurbiers die het feest uitbreidde met activiteiten voor de kinderen en de ouderen en hij introduceerde de intocht van de prins. Vaak was het zo dat de avond voordat de optocht door het dorp trok nog maatregelen genomen moesten worden om de prins op een leuke manier tevoorschijn te laten komen. Later werd met een draaiboek gewerkt en dat zorgde er voor dat het publiek meer kon genieten van de intocht.

Toen Christ Schuurbiers met zijn activiteit als prins stopte, trad Jac van Geel aan als prins Ko I en hij hield het ook elf jaar vol en ook de narren Peer de Groot die samen met prins Christ I actief was en Jan Bastiaanse met Ko I, draaiden heel wat jaartjes mee. In 1978, tijdens het twintigjarig bestaan, werd de carnavalsvereniging ‘De Mangelpee’ in het nieuw gestoken: een knalgele cape met het getal twintig, een blauwwitte steek en een onderscheidingsteken in de vorm van een ‘mangelpee’. De carnavalskrant was ondertussen een begrip geworden en leverde een aardige cent op waarmee vooral de activiteiten voor de kinderen betaald konden worden. Die kinderen verzorgden ook altijd een deel van de krant met opstellen en tekeningen.

Toen de ‘oude garde’ het in 1987 voor gezien hield, kwam er een compleet nieuwe ploeg met jonge mensen onder aanvoering van René Franken als prins Merijn I. Die enthousiastelingen probeerden het carnaval nieuw leven in te blazen door vooral voor de jeugd nog actiever aan het werk te gaan en daarbij de ‘oudjes’ niet te vergeten.

Om de lage subsidie te compenseren en om extra acties op touw te zetten, werd op de laatste dag van het jaar door de verkoop van oliebollen extra middelen binnen gehaald en dat werd tot een traditie verheven, ook al was het niet altijd even succesvol.

Rini van Gastel werd in 1990 als Merijn II tot opvolger van René Franken gekozen. Ook hij stond met zijn ploeg achter de initiatieven om vooral de kinderen en de ouderen extra

 

te stimuleren om deel te nemen aan het carnavalsfeest. In die periode deden in Moerstraten als de eerste vrouwen hun entree binnen het protocol. Corina nam de rol van Pliesievrouw waar en later als grootste boerin.

Herindeling

Onder het bewind van Merijn II vond de herindeling plaats. De gemeente Wouw ging op in de nieuwe gemeente Roosendaal. De bouwers in de optocht vonden het een schitterende gelegenheid om die herindeling goed op de korrel te nemen. Zo werd Roosendaal voorgesteld als een vis vol lucht. De plaatselijk ‘toestanden’ kregen eveneens aandacht. Moerstraten moest het vanaf 1996 zonder eigen pastoor doen en met de wagen ‘All we need is ne pestoor’ werd de draak gestoken met het ontbreken van een dorpsherder.

Aan het eind van 1996 werd als motto voor 1997 ‘ut lopt in de papiere’ gekozen en de stichting wilde daarmee duidelijk maken, dat alles duurder werd, zelfs het carnavalsfeest. Toch werd in dat jaar iets nieuws geïntroduceerd: de Sint Maartenoptocht. De kinderen gingen op stap met lampionnen op de muziek van d’Heitrappers en aan het eind van de avond was er warme chocolademelk en een stuk speculaas

Prins Merijn II werd ondertussen een dagje ouder en leek langzamerhand aan zijn pensioen toe. Voor de optocht in 1997 van start ging, bleek de prins op de zolder van de basisschool in slaap gevallen te zijn. Voor die gelegenheid was de basisschool voorzien van een grote mond, neus, ogen en oren en omgedoopt tot ‘Leutmakker’. De school bleek een ‘kiendje van de Peperbus’ uit Bergen op Zoom! Dat jaar trok de grootste optocht in jaren met liefst zes grote wagens door het dorp.

De herindeling en de lichte aversie tegen Roosendaal bleven ook de jaren daarna de Moerstraatse carnavalsactiviteiten beïnvloeden. In 1998 kwam prins Merijn II als straatveger opdraven om de straten schoon te maken, omdat de gemeente Roosendaal heel wat minder aan onderhoud deed dan de gemeente Wouw.

Merijn II hield wel van stunts, al voerde hij die niet altijd zelf uit. In 1999 kwam hij aan een touw vanuit de kerktoren van het dorp naar beneden. Op die manier bracht hij het motto ‘We sprienge dur uit’ letterlijk in beeld. Wie goed keek, zag dat niet de prins naar beneden kwam, maar een levensechte pop.

De onderdanen van de prins trokken in de leutstoet flink van leer. Ze ‘sprongen uit de band’, ‘van de hak op de tak’, ‘er tussenuit’ en ‘als een duveltje uit een doosje’. Veel deelnemers waren trouwens al bedacht op de wisseling van het millennium aan het eind van het jaar en brachten zo hun eigen ideeën over de nieuwe eeuw in beeld.

Elf jaar nar

Het carnavalsfeest in 2000 stond helemaal in het teken van het elfjarig jubileum van Nar Noldus (Arnold Schuurbiers). Zelfs het motto ‘Zet oew joker in’ was daar op geënt. Hoe geliefd de nar was, bleek tijdens de optocht, die in dat jaar met zeven grote wagens een recordlengte had. Nar Noldus was het middelpunt van het feest, want dat jaar werd niet Merijn II officieel ingehaald, maar de jubilerende nar.

Tijdens die huldiging vertelde hij dat hij ook na elf jaar nog plezier had in zijn carnavaleske baan. „Het gaat ten slotte om het plezier van de kinderen en niet om dat van mij,” relativeerde hij.

Tijdens   de   prinselijke   raadsbijeenkomst    in              Roosendaal       kreeg                      de  nar              van burgemeester Michel Marijnen al de pluim van verdienste en ook prins Jaonus van Paplaand hing hem een huisorde om, terwijl Puitenlaand met een mininar aankwam om de collega te feliciteren.

De mooiste blijken van waardering voor de nar waren de vele kleurplaten die de kinderen van Moerstraten inleverden. Die zorgden voor een feestelijk en kleurrijk

 

gezicht in café De Bakker. De nar liet zich trouwens niet onbetuigd, want voor de

kinderen van Moerstraten was er zondag een Kullekusbal met een goochelaar en een speciale Narnoldusbutton.     Het hoogtepunt van zijn elfjarig jubileum    was                het pannenkoekenfeest aan het eind van de kindermiddag.

 

44 Jaar carnaval

In 2001 werd het 44-jarig jubileum gevierd, maar er was meer, want prins Merijn II

zwaaide voor het elfde jaar de scepter en boerenkapel d’Heitrappers bestond 22 jaar. Reden genoeg om weer eens flink uit te pakken.

In de periode voor het feest werden allerlei acties ondernomen om geld bij elkaar te brengen: de verkoop van paaseieren, kerststerren en oliebollen en een extra feestelijke elf-elfviering eind 2000. Door al die acties en sponsors kon de prins de kinderen op 11 november uitnodigen om te komen eten en zo’n zeventig Moerstraatse kleintjes lieten zich dat geen twee keer zeggen en samen met de prins en zijn gevolg lieten ze zich de frietjes met knakworst en appelmoes goed smaken. Met een discotheek en een wedstrijd steigerpijphangen en spijkerslaan kreeg deze viering ook voor de oudere jeugd en de volwassenen een speciaal cachet.

Toch zat er een minder leuk aspect aan het jubileum, want prins, nar, grootste boer en de pliesie hadden besloten om er na het carnavalsfeest een punt achter te zetten. Daarom vond er een afscheidsreceptie plaats waarbij iedereen, die maar iets met carnaval te maken had in de gemeente Roosendaal, aanwezig was.

De prins en nar Noldus kwamen een week later met een tractor met caravan naar het dorp. Eigenlijk wilden ze er vandoor gaan en alvast vakantie nemen, maar hun tractor viel precies midden in het dorp stil. Daarmee werd ook het motto ‘’t Is ne poppekast al 4 x 11 jaore’ mooi in beeld gebracht.

De afscheidsstoet was mooier dan ooit en tijdens het neerhalen van de peej op dinsdagavond werden er flink wat traantjes weggepinkt. In café De Bakker stonden de kinderen nog even stil bij het vertrek van het protocol. Prins Merijn II die de elf jaar volmaakte, nar Noldus die twaalf jaar de narrenstok zwaaide, pliesie Christoffel die negen jaar in functie was en grootste boer Peer die voor de vijfde keer actief was. Met de introductie van het motto ‘We zien ut zitte’ lieten ze in Moerstraten merken dat ze ondanks alles vertrouwen in de toekomst hadden.

 

Een nieuw protocol

Het kwam helemaal goed, want in november 2001 kon voorzitter Toon de Groot melden dat al in maart van dat jaar vier mensen gesolliciteerd hadden naar de functies. „Ik heb er daarom geen slapeloze nachten van gehad, want het was allemaal al in kannen en kruiken, maar we hebben het aan niemand verteld,” gaf de voorzitter aan. Eddy Matthijssen zou in 2002 zijn intrede doen als prins Ed I. Brïan Wezenbeek werd nar Narjam, John de Weert kreeg de functie van Grootste Boer Jannus en Sander Huijsmans werd het hoofd van de politie onder de naam Sanpetter.

In de optocht van 2002 liepen ook prins Willem-Alexander en Máxima mee. Op 2 februari waren ze getrouwd, maar ze hadden hun wittebroodsweken onderbroken om even in Moerstraten te feesten. De nieuwe prins van Moerstraten kreeg de nodige

 

aandacht in de leutstoet, enkele dubbelgangers reden mee of dansten op de muziek van de vele orkesten die in de stoet meeliepen.

Een jaar later bleef alles bij het oude en dat kwam zelf in het motto ‘Blèf bij dun tijd’ een beetje tot uiting. Wel kreeg de Theresiakerk extra aandacht in de optocht, want het kerkuurwerk en het feest rondom de kerk hadden de carnavalsvierders extra geïnspireerd.

Ook in 2004 bleven prins, nar, grootste boer en de pliesie dezelfde personen. Op de elfde van de elfde kreeg prins Ed wel verschillende keren het motto ‘Wa spokte gij uit’ te horen, want hij liep met zijn knie in het verband. „Voor het carnavalsfeest begint is die knie genezen,” verzekerde prins Ed I zijn onderdanen.

In de optocht van 2004 bleek het in Moerstraten beslist niet pluis. Het was zelfs gevaarlijk om door het dorp te rijden. Over spookte het, op de wagens, achter de huizen, op het schoolplein en zelfs in de peuterspeelzaal. Op de doorgaande weg reden talloze spookrijders en die slingerden van links naar rechts door het dorp. De politie en de brandweer ondernamen niets en lieten het dorp helemaal in de ban van het spook.

In de stromende regen werd op carnavalsdinsdag het leutfeest in Moerstraten afgesloten, maar ondanks dat liepen er heel wat kinderen mee in de lampionoptocht. De warme chocolademelk na afloop maakte weer veel goed.

 

Met passen en meten……

Met passen en meten wordt de meeste tijd versleten, zegt het spreekwoord en dat was in 2005 volgens het motto ‘’t Is passe en mete’ ook op Moerstraten van toepassing. Dat jaar was er geen pliesie beschikbaar, maar wijkagent Arno Melis leidde het carnavalsspektakel in goede banen. Daarbij werd hij geholpen door de vele agenten die in de optocht meetrokken, van mini-pliesies tot stevige en kordate mannen.

Er waren dat jaar weer vaste items, zoals de boerenmaaltijd voor het hele dorp, de ouderenmiddag en de verkoop van oliebollen en kerststerren. In de optocht was het flink passen en meten, maar met wat achteruitrijden, uitwijken en draaien kon de optocht door het dorp rijden. Het probleem in Moerstraten is altijd dat de stoet in twee richtingen van de Moerstraatseweg gebruik moet maken en dat gaat niet altijd even gemakkelijk. Nieuw in het programma was dit jaar het ‘Moerstraots dictee’ dat op maandagavond in teamverband werd gespeeld.

In 2006 was het inderdaad passen en meten, want het carnaval startte niet alleen zonder pliesie, maar ook de nar ontbrak. Gelukkig diende Marian Meeuws uit Roosendaal zich aan als nar. De kinderen van het dorp verzonnen voor haar de naam Marjolet en zo ging ze tijdens het leutfeest door het leven. Ze begon haar carrière niet al te best, want ze versliep zich voor haar eerst optreden en de Leutmakker moest flink aan de bel trekken en de kerkklokken laten luiden om haar wakker te krijgen.

Gelukkig was het motto ‘Trek us aon de bel’, zodat het geklingel niet echt opviel. De bellen waren in de optocht favoriet: snottebellen, BelToon, BelBuis, BelBas, Lellebellen, kerkbellen en koeienbellen. Je kon het zo gek niet opnoemen of het liep in de stoet mee. Nieuw was dat dit jaar voor het eerst de sleutel voorafgaand aan de optocht overhandigd werd aan de prins en die gewoonte zou ook in de jaren daarna in ere worden gehouden.

In 2007 liet het dorp zien dat er ongekend talent in Moerstraten rondloopt. Niet voor niets was gekozen voor het motto ‘Wa dun teejaoter’. Enkele deelnemers waren op de hoogte van het feit dat in dit jaar voor de vijftigste keer carnaval in het dorp werd gevierd. „We doen daar niets aan, want het is geen carnavalsjubileum. Maar het is wel een mooie prestatie voor zo’n klein dorp,” gaf Rien van Gastel van de Stichting aan.

 

Zowel de prins als de nar namen aan het eind van het carnavalsfeest 2007 afscheid en de stichting ging weer een spannende tijd tegemoet.

 

Nieuwe heren, nieuwe wetten

Toch kreeg het bestuur het weer voor elkaar. Er kwam een volledig prinselijk protocol met Lars Bierbooms als prins Ralph I en Peter-Jan de Weert als Nar P. Dio Struyk bleef als pliesie Kweetnie en John de Weert bleef als grootste boer Jannus actief. Zo was de zaak weer compleet in Moerstraten.

De ouderen van Moerstraten mochten het feest tijdens de elf-elfviering weer aftrappen met bingo. Het woord ‘bingo’ bij een volle kaart was daarbij uit den boze. Wie een prijsje wilde bemachtigen moest luidkeels ‘Mangelpeejenlaand’ roepen.

Voor de jeugd was er een lampionoptocht met muziek van d’Heitrappers en daarna was het de beurt aan de volwassenen om het motto ‘Oe kleedut aon’ in beeld te brengen. Geblinddoekt moesten ze kielen, dassen, insignes, pruiken en hoedjes aan een waslijn hangen.

De ‘nieuwe heren’ voerden ook een ‘Leedies avend’ in Moerstraten in, maar vaste onderdelen, zoals de boerenmaaltijd en de ouderenmiddag bleven ook. Onnodig om te vertellen dat in de optocht dat jaar heel wat met kleding werd gedaan!

 

Een schot in de roos

‘Tis un schot in de roos’ werd het motto van het carnavalsfeest in 2009 in Moerstraten. Of de stichting een voorgevoel had wat er in mei 2008 zou gebeuren, zal wel altijd een raadsel blijven, maar in die maand kreeg Rien van Gastel uit handen van burgemeester Michiel Marijnen een Koninklijke onderscheiding, ondermeer vanwege zijn verdiensten voor het carnaval in

Moerstraten. Dat was zeker een schot in de roos!

Met dezelfde prins, nar, grootste boer en pliesie begon het feest in 2009 en de optocht stond in het teken van rozen, Schotten en het 650-jarig jubileum van het dorp.

Ralph I, Nar P, Pliesie Kweetnie en Grootste Boer Jannus gingen ook in 2010 weer aan de slag met het motto ‘We staon op onze strepe’. Jannus had tevoren al aangekondigd dat dit voor hem het laatste jaar zou worden.

Het motto van dat jaar zorgde voor commotie in het dorp, want al lang wilde men een zebrapad bij de basisschool en met het aanbrengen van een ‘nepzebrapad’ werd nog eens extra aandacht voor dit fenomeen gevraagd. Met succes naar later zou blijken! Acts waren er volop waarbij strepen en streepjes de hoofdrol speelden. Er was ook aandacht voor de plannen voor nieuwe dorpshuis dat in 2010 van de grond zou komen.

Met een afscheidsreceptie vertrok boer Jannus en om in stijl te blijven werd het motto voor 2011 ‘We gaon de boer op’, met in het achterhoofd dat een nieuwe boer gezocht moest worden.

Die werd (natuurlijk) gevonden, want dat blijkt de kracht van kleine dorpsgemeenschappen. Er staat altijd wel iemand op die zo’n functie wil vervullen. Dit keer was het Arjan Janssen die als boer Harrie de zaak in goede banen wilde leiden. De elf-elf-viering waarop dit bekend werd gemaakt, kreeg een speciaal karakter, want die stond in het teken van ‘boerenfluitjes’. Fluiten na het verorberen van een aantal droge koekjes. Dat was één van de opdrachten tijdens het ‘open kampioenschap op zun boerefluitjes’.

 

Tijdens de optocht in 2011 moest de dubbelgangster van Yvonne Jaspers er aan te pas   komen  om  de                                                   nieuwe    grootste    boer                                                   van          Moerstraten                                                   te

ontmaskeren. Toen prins Ralph en Nar P samen met pliesie Kweetnie op het plein van de basisschool waren gearriveerd, dienden vier kandidaten zich aan als grootste boer, maar dankzij de hulp van de televisiepresentatrice werd grootste boer Harrie snel ontmaskerd. De optocht stond helemaal in het teken van boeren, variërend van echte boeren tot

boeren uit het kaartspel.

 

55 Jaar carnavalsfeest

Met het oog op het jubileum in 2012 werd direct na de optocht in 2011 bekend gemaakt dat het motto ‘Tis van de zotte al 55 jaor’ zou worden. De eerste ideeën borrelden al direct bij de feestvierders op!

Zo werd er speciaal Mangelpeejenbier op de markt gebracht met een eigen etiket voor

€ 5,50 waren de flessen van een halve liter de koop, niet alleen via de stichting, maar ook in café de Bakker en de Moermarkt, de enige winkel die het dorp in die tijd nog rijk was. De verkoop liep prima, maar er waren ook mensen die de verkoopprijs ‘van de zotte’ vonden en een glaasje water inschonken!

Prins Ralph I (Lars Bierbooms), Nar P (Peter-Jan de Weert), boer Harrie (Arjan Janssen) en pliesie Kweetnie (Dio Struyk) werden herkozen, want zij wilden het feestje in 2012 natuurlijk niet missen.

Dat feest begon op 12 februari met een jubileumreceptie waar de vier hoogheden samen met de boerenraad de felicitaties in ontvangst namen. ,,Zonder de initiatieven van de oprichters in 1956, zouden we nu geen jubileum gevierd hebben”, meende voorzitter Sander Huijsmans. Hij ging terug in de historie en haalde wat anekdotes uit de ‘oude doos’ naar boven.

Onder de aanwezigen ook de oud-prinsen Ed I, Merijn II en Ko I. Die laatste, inmiddels 70 jaar, wilde nog wel wat uit zijn loopbaan vertellen en verhaalde over de kreet ‘Peejstaamp’, het ‘ Mangelpeejenkot’ en waarom Moerstraten ‘vastenavond’ viert en geen carnaval. De Moerstraatse stichting was en is nog steeds de oudste in de gemeente Roosendaal.

Ook de intocht werd dat jaar iets bijzonders, want tegen elf over twee arriveerde een koets met daarop accordeonist John Franken en vier oude carnavalsvierders met grijze baarden. Het bleek prins Ralph met zijn gevolg. Ralph was teruggegaan naar 1958 toen in Moerstraten voor het eerst carnaval werd gevierd. Met hulp van mascotte De Moermakker en een tijdmachine keerde het gevolg gelukkig terug naar 2012.

In die leutstoet waren verwijzingen naar het motto: Tis van de zotte al 5 x 11 jaor te zien. Zo had ‘Ut leutig spel’ motto’s uit de afgelopen 55 jaar opgedoken en in beeld gebracht. Zelfs de vroegere kreet ‘Peejstaamp’ uit de jaren zeventig was terug in de optocht. Ondanks wat motregen was het een waardige jubileumstoet.

Met de optocht was het jubileumfeest nog niet achter de rug, tijdens halfvasten werd nog een bal gehouden en stonden ‘koeschijten’ en ‘kalfraden’ op het programma. Er viel in die tijd wel wat kritiek te horen op de gemeente Roosendaal. ,,Hopelijk wordt het ook nog een financiële opkikker, die nodig is nu gemeente Roosendaal te kennen heeft gegeven de subsidies te verminderen of af te schaffen,” merkte Mark Timmermans dat jaar op.

Op het oefenveld van Fc Moerstraten werd een terrein afgezet met daarin 150 vakken waar een koe van boer Oudijk op werd gejaagd om een mooie ‘vlaai’ neer te leggen. Bedaard verkende het dier het terrein en pas om 18.11 uur lichtte ze haar staart om

 

in vak A13 een van de deelnemers gelukkig te maken. De jeugdige Eva Loos wist het gewicht van het kalfje te raden.

 

De ‘trukedoos’ gaat open

Na het jubileumfeest gingen de feestelijkheden natuurlijk gewoon door. Voor 2013 werd het motto ‘Kektus in oew trukedoos’ gekozen en hetzelfde protocol begon aan de volgende elf jaar.

De eerste truc verzorgde wethouder Steven Adriaansen die voor de elfde keer de dorpssleutel aan de prins kwam overhandigen en dat leverde hem een bronzen onderscheiding op. In de optocht van dat jaar liepen toverende, goochelende en magische deelnemers mee. Kinderen die het publiek de hand lazen en de peuterspeelzaal die baby’s uit de hoge hoed toverde om het voorbestaan van deze voorziening te garanderen. Iedereen zorgde voor vermaak voor de toeschouwers.

In 2014 werd dat heel anders, want toen kwamen er uit de Moerstraats trukedoos alleen maar noten, want het motto was ‘Edde note op oew zang’. Het zangonderwijs op de Moerstraatse basisschool bleek niet al te best, want besloten was om een open kampioenschap ‘Valse note ziengen’ op touw te zetten voor de senioren en die konden er wat van!

Dat beloofde wat voor de optocht om zaterdag 1 maart. De stichting had hoog op de notenbalk goed weer gezet, maar die hoge noot werd zeker niet gehaald! Die klonk wel erg vals.

Prins Ralph I was trouwens met zijn gevolg nergens te bekennen, toen de reusachtige Moermakker begon te spreken. In de verte waren wel wat valse trompetklanken en tromgeroffel te horen. Even later

verschenen de prins, nar, grootste boer en de pliesieman als miniband op het schoolplein. De Moermakker vond dat maar niks en installeerde dweilband d’Heitrappers als muziekkapel.

Kort na de start begon het te regenen en stak een koude wind op. Voor de deelnemers aan de optocht en de toeschouwers geen pretje. In de stoet werd het sluiten van de kerk op de hak genomen en BC Rond dePput peilde de mening van de dorpsbewoners. Moest er een dorpsplein komen, vlakke stoepen of goedkope bouwgrond?

 

Er moet een ‘schepke’ bovenop

In Moerstraten wilden ze het een jaar later beter gaan doen wat het weer betreft, want het voor 2015 werd het motto ‘We doenur nog un schepke bovenop’. Daarmee werd niet meer regen bedoeld, maar liefst wat meer zon.

Dat motto werd de elfde-van-de-elfde letterlijk in beeld gebracht tijdens het Moerstraats kampioenschap ‘Opscheppen’ waar grote lepels aan te pas kwamen, maar ook de grootste ‘pocher’ maakte een kans op de kampioenstitel. Tijd dus voor sterke verhalen en naarmate het gerstenat rijkelijker vloeide, werden de verhalen steeds ongelooflijker.

Het motto kwam zeker wat het aantal deelnemers aan de optocht niet uit, want dat viel wat tegen. Wat de deelnemers op straat brachten, mocht er wel zijn. ‘De Leutmakker’ had duidelijk zijn dag niet, want juist op Valentijnsdag wilde hij wel eens verliefd worden. Dankzij een drankje van de Liefdesfee kwam hij snel in een goed humeur. In de leutstoet van dat jaar werden schepjes goud, ijs, zand en snoepjes uitgedeeld. Maar veel wat opgeschept werd was ‘nep’.

 

Dat leverde wel ideeën op voor het feest in 2016, want toen wilde het protocol er niet in trappen, maar toch werd gekozen voor het motto ‘We tuine deur in’. Toch besloten ze alle vier om nog een jaar door te gaan!

De optocht die in 2016 op zaterdag 6 februari door het dorp trok was en fleurigste in jaren, want het woord ‘tuine’ had veel deelnemers op het idee gebracht om in de eigen tuin op zoek te gaan naar inspiratie. De stilstaan de torenklok van de kerk zorgde voor consternatie, want iedereen kwam te laat opdagen.

Een mooie groep met prachtig verklede tuinkabouters, een minibrandweerman met een skelter, een tuinkabouter op een kruiwagen en een fantastische prinsenwagen waren zomaar wat blikvangers in de leutstoet. Voor de prins was er een ‘verrassing’, want hij werd door de nar voortgeduwd in een rolstoel met als opschrift ‘Prinsenwagen 2016’, terwijl achter hem de echte prinsenwagen met de grootste boer en pliesie Kweetnie reed.

 

Moerstraten gaat spelen en neemt afscheid van de nar

In Moerstraten koos de stichting voor het jaar 2017 het motto ‘Me speule mej zun alle’ en omdat het protocol dat spel niet wilde missen, bleven prins Ralph I, nar P, grootste boer Harrie en Pliesie Kweetnie op hun plaats zitten.

In de optocht speelde niet alleen de kinderen, maar ook de volwassenen en senioren maakten met hun spelletjes het dorp Moerstraten onveilig. En dat spelen was nodig om in de koude wind een beetje warm te blijven.

Wethouder Toine Theunis voor de optocht pliessie Kweetnie in het zonnetje gezet, die na elf jaar aan zijn laatste leutstoet begon. De groep ‘En wa zen we nouw’ stak er dit jaar met kop en schouders bovenuit. Zij zaten in een achtbaan en beleefden zo de meest hachelijke momenten. Ze kregen voor hun act een welverdiende eerste plaats. Enkelingen, kleine groepen en paren hadden thuis de speelgoedkast opengetrokken. Over straat lopen was in Moerstraten dit jaar niet helemaal veilig tijdens de optocht, want de beruchte Daltons maakten de omgeving onveilig, maar gelukkig liepen de kleinkinderen van pliessie Kweetnie mee om de zaak te beveiligen. Van de jubilerende Kweetnie werd op de laatste carnavalsdag afscheid genomen met een druk bezochte receptie.

 

Een vrouw in het protocol! De elfde-van-de-elfde-viering in 2017 met als ‘Ut vliegt vorbij’ leverde iets bijzonders op, want ook in Moerstraten bleek de tijd niet stil gestaan te hebben.

Ilya Schuurbiers werd de nieuwe pliesievrouw Nilleke. Met de 19-jarige Ilya kreeg het protocol jeugdig elan binnen. Samen met prins Ralph, nar P en grootste boer Harrie streed ze meer in het open kampioenschap ‘Vlieg d’ok

meej’. Met zelfgevouwen en versierde vliegtuigjes vloog ze meteen naar een toppositie.

Vliegen werd er ook in de optocht op zaterdag 10 februari 2018 gedaan. Gelukkig flitste de leutstoet niet in een razend tempo door de straten flitste, maar voor nar P. was het elf jaar de laatste keer dat hij de stoet aan zich voorbij zag trekken. Voor de optocht trok, werden de nar, grootste boer en de nieuwe politieagente Nilleke aan de

 

tand gevoeld door de Leutmakker. Die wilde weten wat ze van de Moerstraatse carnavalsgeschiedenis wisten. Ze slaagden met vlag en wimpel.

Levensgrote vliegenmeppers, minivliegtuigen, vliegers, flitsende fotografen en vliegende ballonnen zorgden voor een bijzonder levendige optocht.

En nar P? Die stond er op dinsdagavond tijdens zijn afscheid toch wel een beetje verdrietig bij.

 

Big Brother in Moerstraten?

Het motto voor 2019 ‘Eddut in de gaote’ was aanleiding voor wantrouwende blikken, want het dorp zat zeker niet te wachten op overal camera’s en afluisterapparatuur om iedereen in de gaten te houden. Big Brother leek in aantocht, maar het bleek anders dan gedacht, want ‘pliesie’ Nilleke (Ilya Schuurbiers) ruilde haar blauwe pet in voor de veelkleurige narrenkap. En Martijn Schuurbiers trok het veldwachterspak en liep als ‘Pliessie dun Tinus’ vol trots rond.

Lars Bierbooms bleef als prins Ralph I de leut in Moerstraten aan voeren, samen met grootse boer Harrie (Arjan Janssen).

De boerenmaaltijd werd in ere gehouden, als kon dat niet meer gratis, zoals in voorgaande jaren. ,,Dit jaar moeten we de deelnemers om vier euro vragen, omdat de kosten stijgen en de inkomsten afnemen, maar een ‘elf-gangen-menu’ vraagt nu eenmaal een bijdrage”, zei prins Ralph.

Big Brother liep niet mee in de optocht om 2 maart 2019, maar wel veel verrekijkers, fototoestellen, I-phones en zelfs sterrenkijkers werden in de optocht gebruikt om alles en iedereen in de gaten te houden. Ondanks het wat druilerige weer werd het een mooie en vooral actieve leutstoet.

Zelfs de landelijke politiek was doorgedrongen in het dorp, want de groep ‘Schele Hesjes’ liet met de leuze ‘Eddut in de gaote, da Rutte en zun maote, mar wat ligge te praote’ merken dat ze weinig vertrouwen in de toekomst hadden.

Een gokje wagen of een nieuwe wagen bouwen. Dat was na de bekendmaking van het motto ‘We waogen ut erop’ voor 2020 de vraag. Al werd met het protocol geen gokje gewaagd, want dat bleef hetzelfde als in het jaar ervoor.

Terwijl storm ‘Ellen’ voor nog wat wind zorgde, probeerden de deelnemers hun creaties op straat en heel te houden.

De aanleg van glasvezel in het dorp was aanleiding voor Sandra, Miranda en Marieke om met traag ‘Wijfie’ met een rollator en snel ‘Wijfie’ als hippe trimster de straat op te gaan.

Het boerenprotest werd in Moerstraten aangegrepen door met jonge agrariërs om met de kruiwagen naar het ‘Maisveld’

te rijden voor een demonstratie. Bc Rond de Put zorgde er met schuim voor dat het dorp een sneeuwwit aanzien kreeg.

Carnaval gesmoord door coronamondkapjes

Of in Moerstraten toekomstvoorspellers wonen, is niet helemaal duidelijk, maar de Stichting Vastenavond had in elk geval een vooruitziende blik. Het motto ‘Tis nie t’ouwe’ voor 2021 verwees vast en zeker naar het coronavirus dat niet te stuiten was. De elf-elf-viering ging niet door en op een ludieke manier werd het nieuwe (oude) protocol gepresenteerd. Er werd een ‘nood-carnavalskrant’ uitgebracht en de insignes

 

werden toch gegoten, maar dan in een kleine serie. ,,Dat insigne zal in de toekomst een collectorsitem worden”, meent Mark Timmermans van de stichting.

Tijdens het carnavalsweekend in 2021 geen intocht, geen optocht een geen dweilfeest of lampionoptocht. Moerstraten kon een rebus oplossen in het dorp of deelnemen aan een ‘leutige online Mangelpeejse avond’. Drie rondjes bingo, een quizje, een knutselact en een mop van

boer Harrie. Daar moest het dorp het mee doen dit jaar. Het jaar 2021 zal vast niet in gouden letters in de historie van carnaval worden genoteerd.

In november werd nog wel het motto ‘We kenne gin grenze’ bekend gemaakt en zelf de seniorenmiddag ging door en het protocol werd weer gepresenteerd, maar het coronavirus bleef boven café De Bakker

zweven en alle andere activiteiten gingen niet door.

Toch ging het langzaam wat beter en mocht er weer meer, maar wel met de nodige voorzichtigheid. Tijd om wagens te bouwen en andere creaties te maken was er niet meer toen bekend gemaakt werd, dat er toch weer wat meer mocht.

Op 26 februari 2022 kwam burgemeester Han van Midden naar het dorp om de sleutel te overhandigen bij de Moermakker en daarna ging het in polonaise naar dorpshuis Parelmoer. De ‘kullekes’ ging op vossenjacht in het dorp, terwijl de ouders naar de ‘buitencarnavals opvang’ werden gestuurd.

Aan het eind van de middag rolden de carnavalstranen, want grootste boer Harrie trok na 11 jaar zijn boerenpak en klompen uit. Volgens prins Ralph waren het tien goede

 

Op naar 66 jaar carnaval in Mangelpeejelaand

Bij een jubileum hoort natuurlijk een inspirerend motto, vandaar dat gekozen werd voor ‘11 x 6 De kurk is van de fles’.

En nieuwe activiteiten, zoals ‘Tussen Kunst en Kitsch’ met veilingmeesters Ralphinne Treebeer en Peter-Jan Du Dreew die sinds kort afgestudeerd waren aan de hoge ‘Kunstacedemie van Mangelpeejenlaand’. Een elfde-van-de-elfde-viering op de ouderwets manier met een lampionoptocht voor de kinderen en op zaterdag 19 november het jubileumfeest met een receptie, het optreden van zanger Marco Kanters, DJ Peer en dweilband d’Heitrappers. Sinds jaar en dag is dat de huisband van Moerstraten.

Dat kostte natuurlijk een paar centen, vandaar dat in brouwerij ‘De gemangelde peej’ een bijzonder bier werd gebrouwen, dat door de liefhebbers van een goed glas bier aangeschaft kon worden. En er werd een groep sponsors gevonden, die voor 66 euro de feestelijkheden ondersteunden.

 

Een carnavalsfeest is erg belangrijk voor een kleine gemeenschap als Moerstaten. De stichting is multifunctioneel, want ook de intocht van Sint Nicolaas is in hun handen. Daarnaast worden er jaarlijks kerststerren verkocht en veel leden zijn ook bij de Dorpsfeesten en andere festiviteiten actief.

 

René Hermans